Met klamme handjes en een bezweet voorhoofd worstel ik mij in de vliegtuigstoel. Elke andere passagier lijkt de rust zelve en valt direct in slaap, terwijl ik gespannen afwacht tot we gaan opstijgen. Als een stokstaartje kijk ik om mij heen zodat ik alles in de gaten kan houden. Door het raampje zie ik een