Met enige regelmaat vraag ik me af hoe sommige mensen tot bepaalde conclusies komen. Zoals afgelopen weekend, toen ik zorgeloos in mijn Limburgse achtertuin lag te zonnen. Mijn ouders kregen onverwachts bezoek. Een gezin met drie jonge kinderen. Hun moeder keek de tuin rond, zag mij op de loungebank zitten en stevende als een torpedo op haar doel af.
Ik probeerde nog weg te duiken, maar ze had haar kinderen al om mij heen geparkeerd. Het ging zo snel allemaal. In haar hoofd moet het ongeveer zo zijn gegaan: “Ha! Daar zit een jonge vrouw op een bank. Jonge vrouwen houden altijd van kinderen. En vrouwen op banken hebben toch de hele dag niks te doen. Dus kan ik fijn mijn bloedjes van kinderen bij deze vrouw dumpen en erop vertrouwen dat zij hen de ganse middag vol lieflijkheid en geduld zal vermaken zodat ik ongestoord kan converseren met echte volwassenen.”
Irritatie
Deze moeder was een prachtig voorbeeld van hoe je soms in een split second een heleboel verkeerde conclusies kan trekken. Wij mensen kunnen razendsnel conclusies trekken, en soms is dat superhandig. En het is hartstikke natuurlijk om instinctief iets te denken en dan tot een conclusie te komen. Maar wonder boven wonder: we kunnen méér dan dat.
Onze hersenen zijn zo complex dat we, met een beetje inspanning, ons kunnen verplaatsen in een ander. Ik denk namelijk dat er een hoop mis gaat in de wereld wanneer we handelen op basis van onjuiste conclusies die we trekken, op basis van enkel onze persoonlijke ervaringen. Ons eigen denkkader. Van kleine onderlinge irritaties tot maatschappelijke problemen als ongelijkheid en racisme. Hoe zou de wereld er uitzien als we af en toe verder denken dan onszelf?
Lafaards
Ik betrap mijzelf er ook vaak genoeg op, dat ik de verkeerde conclusies trek. Ik zie iemand lopen en loop instinctief een blokje om. Ik hoor berichten over criminelen uit een bepaalde bevolkingsgroep en denkt: “Uiteraard, wat verwacht je anders?” Ik zie iemand fietsen met een helm op en denk: “Die buitenlanders, wat een lafaards.” Het gebeurt zomaar. Ik kan er niks aan doen.
Je eigen instincten en spontane gedachten zijn moeilijk uit te schakelen (“denk niet aan een roze olifant”). Maar gelukkig hebben wij onze complexe hersenen, waarmee we een stap verder kunnen gaan: waaróm denk je iets over anderen? Klopt het wel? Is de ander gek omdat hij anders is… of ben jij gek dat je niet weet hoe iets anders kan?
Het zijn dingen om over na te denken in deze drukke tijden. Schakel je instinct niet uit, maar zet die grijze hersencelletjes daarna ook eens aan het werk.