Typisch gevalletje binnenvetter

Tamara gaat elke maand op zoek naar een uitdaging. Deze maand gaat ze aan het werk met zich openstellen.

Ik voel mijn hartslag omhoog gaan, het bloed stroomt door mijn wangen. Ik weet dat dit het moment is om te delen. Twijfelend knik ik. “Ja.” Hij kijkt me aan. “Waarom?”

Ik ben een typisch gevalletje binnenvetter. Ik sta altijd klaar voor iedereen, behalve voor mezelf. Ik hou er niet van om mijn gevoel op tafel te gooien, ik weet niet wat ik moet zeggen en waarom het mensen zou aangaan wat er zich afspeelt in mij. Ik vind het een lastige opgave om uit te leggen hoe gestrest ik ben, wat er misgaat of waar ik tegenop zie. Ik doe het het liefst allemaal alleen.

Ik hoor de laatste tijd steeds vaker van mijn moeder en mijn vriendinnen dat ik wat meer moet delen wat er in me omgaat. Dus om maar weer eens uit mijn comfortzone te stappen en eigenlijk ook een beetje uit eigen belang, (misschien dat het toch helpt om je problemen uit te spreken) heb ik me voorgenomen om deze week te praten met mensen als het even niet zo lekker loopt.

Ik zie sinds een paar dagen al enorm op tegen school. De vakantie is afgelopen en het idee om weer een aantal weken heel hard te moeten werken zorgt ervoor dat ik al dagen chagrijnig en gestrest ben. En als ik op zondagavond met mijn vriend op de bank zit begint hij erover: “Je ziet echt op tegen school, hè?” Ik voel mijn hartslag omhoog gaan, het bloed stroomt door mijn wangen. Ik weet dat dit het moment is om te delen. Twijfelend knik ik. “Ja.” Hij kijkt me aan. “Waarom?” Ik vertel hem over de stress en de druk die ik voel. Een stortvloed van alles wat me dwarszat komt eruit. Een oplossing heeft hij niet, maar het voelt goed om het eens uit te spreken. Ik vond het doodeng om te zeggen waarom ik er zo tegenop zag. Niet omdat ik me schaamde voor hoe ik me voelde, maar ik was bang om niet begrepen te worden. Maar als ik zie hoe normaal hij reageert op alles wat ik zeg, realiseer ik me dat hij het wel begrijpt. Ik ben niet gek.

Ik huil alleen als ik weet dat niemand het merkt

Een paar dagen later ben ik met een vriendin ergens wat aan het drinken. Ik ben er met mijn gedachten niet helemaal bij. Het is een jaar geleden dat ik de allerliefste vrouw, mijn kinderoppas, grote vriendin, ‘bijna zus’ heb gezien. Het is bijna een jaar geleden dat ze is overleden. Voor mijn gevoel is het na een jaar bijna niet logisch meer om te rouwen. Maar als ik haar kindjes zie of in hun huis rondloop voel ik de pijn. Ik voel het verdriet nog steeds, elke dag. Ik praat er eigenlijk niet meer over. Ik huil alleen als ik ’s avonds laat in bed lig en zeker weet dat niemand het merkt.

Het gesprek valt even stil en ik vertel dat het een jaar geleden is dat ik Marieke heb gezien. De vriendin kijkt me aan, ik zie de medelijdende blik in haar ogen. Ik heb gelijk spijt van mijn opmerking. Maar dan begint ze te praten. “Heftige dag, of niet? Het is heel normaal dat je het lastig vindt. Het is nog maar een jaar geleden.” Er valt een last van mijn schouders. Het is ook nog maar een jaar geleden. Een jaar dat voelde als een week. Een ontzettend zwaar jaar, en het is logisch om je zo te voelen als je iemand verliest. Ik heb mijn lesje wel geleerd. Ik kan niet alles alleen oplossen, hoe graag ik dat ook zou willen.

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.